Proportionaliteit in het sociaal domein

Het Gerechtshof van Den Bosch heeft vorige week een uitspraak gewezen in een zaak over de toepassing van het Zeeuws model bij een aanbesteding in het sociaal domein. De betreffende gemeente haalde in deze zaak bakzeil, omdat de in de aanbesteding vastgestelde tarieven te laag werden bevonden en daarmee niet proportioneel.

Zeeuws model

Het Zeeuws model wordt tegenwoordig steeds vaker toegepast in aanbestedingsprocedures, voornamelijk in het sociaal domein. Het houdt in dat aan alle partijen die aan de vastgestelde geschiktheidseisen en minimumeisen voldoen en waarop geen uitsluitingsgronden van toepassing zijn, een overeenkomst gegund zal worden. Er worden dus geen gunningscriteria vastgesteld, zodat er geen sprake is van werkelijke concurrentie. Een aanbestedingsprocedure volgens het Zeeuws model valt buiten het bereik van de Europese aanbestedingsregels en deel 2 van de Aanbestedingswet 2012 is dus niet van toepassing. Dit heeft het Europese Hof van Justitie aan het begin van dit jaar nog bevestigd in de zaak Tirkkonen.

Zeeuws model in het sociaal domein

In het sociaal domein wordt het Zeeuws model veelvuldig toegepast. Er vindt dan geen concurrentie plaats op de tarieven, maar de gemeente schrijft deze dan voor. Het is vervolgens aan de aanbieders om wel of niet in te schrijven op de aanbesteding; het is niet mogelijk om met afwijkende tarieven aan te bieden.

Tarieven niet proportioneel

In deze procedure ging het om de vraag of de tarieven die door de gemeente Tilburg waren vastgesteld wel proportioneel waren. Een van de aanbieders stelde dat dit niet het geval was voor de specifieke dienstverlening die zij onder meer aanbood, namelijk crisisopvang en hoogspecialistische GGZ-behandeltrajecten. De stelling van de gemeente was dat zij niet gehouden is om zich voor iedere mogelijke inschrijver af te vragen of de tarieven wel kostendekkend zijn en dat zij evenmin gehouden is om inefficiënt opererende instellingen in stand te houden. Dit uitgangspunt onderschrijft het Hof, maar daarvan was naar het oordeel van het Hof echter geen sprake. Het Hof bekrachtigt daarmee de eerdere uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant van 13 november 2017.

Conclusies ten aanzien van proportionaliteit in het sociaal domein

De uitspraak is begrijpelijk. Het uitgangspunt is weliswaar dat ook in het Zeeuws model een gemeente in beginsel vrij is om de tarieven en overige voorwaarden vast te stellen. Zij is daarbij echter wel gebonden aan de algemene beginselen van aanbestedingsrecht. Het proportionaliteitsbeginsel maakt daarvan onderdeel uit. Dat beginsel brengt met zich mee dat alleen tarieven die in redelijke verhouding staan tot de gevraagde diensten toelaatbaar zijn. De gemeente heeft dus wel degelijk een plicht om dat te onderzoeken.

Advocaat aanbestedingsrecht

Leven er bij uw gemeente vragen over de toelaatbaarheid van gestelde eisen of over het Zeeuws model in het algemeen? Neemt u dan contact op met Stefan Dalmolen, hetzij via e-mail, hetzij per telefoon (020-2442325). Ook als u als ondernemer in het sociaal domein vragen heeft over een aanbestedingsprocedure, kunt u uiteraard contact opnemen met ons.